Ik wil even met je praten. Mijn verzoek is echt niet al te groot. Het gaat over de komende dagen, over het jaar dat voor ons ligt. Vergeef me mijn enorme ongemak, maar mijn psycholoog zei dat ik het moest doen, dit schrijven. Even praten dus. Haha, âmijn psycholoogâ, dat was een grapje, ik heb helemaal geen psycholoog. Op dit moment niet althans. Wel gehad hoor, wel gehad, ik heb godsamme 7000 euro aan psychologen uitgegeven, mijn ziel en bakken aan euroâs uitgestort over die therapeuten. Ik had van dat geld een hoop andere dingen kunnen doen, ik had er duizenden drankjes voor kunnen kopen in honderden cafĂ©s, voor jou, drankjes voor jou! Als je gereageerd had op dat ene bericht. We hadden naar Parijs kunnen gaan, jij en ik, maar geef toe, ik had er ook cocaĂŻne voor kunnen kopen, dus zo bekeken, dan zijn die honderden gesprekken met die psycholoog nog niet eens zo gek.
Hoe dan ook, even praten, jij en ik, we moeten even praten.
Hoe vind je dat het zelf gaat? Haha, weer ongemak, geintje natuurlijk, ik vind het echt ingewikkeld, dit gesprek. âZo mevrouw, hoe vind je dat het zelf gaat?â
Ik wil het met je hebben over ghosten, we moeten even afspraken maken over ghosten. Het is jouw leven, uiteraard, jouw leven, jouw keuzes, you owe me nothing! Je hebt misschien gehoord dat ik van de weg ben gehaald? Ik stond midden op de Stadhouderskade met een fles wijn in mijn klauwen te roepen, het was misschien meer zingen, dat niemand mij iets verschuldigd is. Kwamen twee jonge vrouwen mij van de weg halen, allemaal waar, allemaal gebeurd. âMeneer, meneer!â Dat was het ergste. âKom maar, meneer.â Die wijven deden of ik in de 60 ben, ik riep nog: âIk zie er uit als 37, ja, dat hoor ik steeds!â
You owe me nothing, dus, ik wil dat heel duidelijk herhalen, maar er is toch iets aan het bewegen. Ik heb wat mensen gesproken namelijk. Ik vertelde bij een koffietje in de Rivierenbuurt dat ik ooit een date had. Zomer 2022. Of het officieel een date was moest nog blijken en wat al snel bleek is dat er geen spanning was, prima, wel een leuke avond. Maar, toen, het was al lang en breed donker, we zaten op een terras met kleurige lampjes vlak boven ons hoofd, het was nog goed warm, gingen we en terwijl we naar de metro liepen, voelde ik plots de zin om enorm een arm om haar heen te slaan. En zo liepen we plotseling heel lief en gezellig samen richting die metro, ik drukte haar tegen mij aan en ik zag haar glimlach. En bij de metro, Weesperplein, was daar ineens de hug, de hug van wel twee minuten. Hoe een leuk verhaal is dit. Plots overviel het ons.
Paar dagen later appte ik haar: âNog eens wat drinken? Lijkt me gezellig!â
Je raadt het vast: geen reactie. Halve week later: niks. Week later: nada.
Ik vertelde dat dus aan iemand en die zei: âWat gek, joh, dat is gewoon lomp. Heeft ze niets laten horen? Wat lomp.â
Ik wilde het niet lomp vinden, ik wilde er niets van vinden, ja, ja, ondanks dat ik zo uitgesproken ben in bijna alles, wilde ik het niet lomp vinden. Ik dacht: tjsa, nobody owes me a fucking fly en ik ga niet weer op de Stadhouderskade staan te schreeuwen. Je moet origineel blijven, ik klim binnenkort op het Rijks. Dat ga ik doen!
Maar toen mijn goede vriendin S. dat zei, âdat is gewoon lompâ, toen voelde ik ook ineens: âJa, Jezus wat ontzettend lomp.â Ja, of het is dus heel normaal. Dat kan ook.
Ik geef nog een voorbeeld, ik zit er nu echt lekker in, nog een voorbeeld.
Een maand of twee geleden nog ontmoette ik een vrouw op de werkplek. Ik was meteen een beetje onrustig over haar en toen ze tijdens de lunch met drie anderen niet lachte om een grapje viel me dat enorm op en toen ze heel lief ergens op reageerde ook. Week of twee later, ik wandelde mijn rondje, in mijn buurt, ik ging op de hoek van een straat ineens naar links waar ik nooit naar links ga en daar liep zij. Toevallig! Nu al een leuk verhaal! We waren allebei verrast. âHĂ©, you are here?!â We wandelden een stukje op en een maand later appte ik de vrouw: âHow youâre doing now?â
Algemeen bekend: ik ben een geĂŻnteresseerde jongeman. Weet iedereen. Ik heb al vaak die award gewonnen. âMeest geĂŻnteresseerde man van Amsterdamâ. Kijk, ik maak deze ongemakkelijke grapjes, lieve vrouw, omdat ik nu toch denk: ben ik knettergek? Dat is zomaar weer contact maak, dat ik uitreik? Ben ik helemaal van de pot gerukt? Zo ontstaan toch huwelijken? Dat is toch de reden dat de mensheid tot nu toe nog steeds bestaat? Omdat er mensen die uitreiken, af en toe onrustig van elkaar worden en dan vragen ‘How you are doing?’
âHow youâre doing now?â Dat was wat ik appte. Zoals Youp van ât Hek ooit in een totaal andere context in een voorstelling zei: âNormale vraag in vredestijd.â
Maar, sorry voor de voorspelbaarheid van dit stukje, een dag, een weekje, een halve maand later: nada, noppes.
Ik vertelde dit aan iemand en die zei: âMaar dit is toch gewoon focking asociaal?â
Ik ben ondertussen de enige Amsterdammer, Nederlander die zân tyfusbest zit te doen om al dat geghost normaal te vinden. Maar we moeten er mee stoppen. Het is gewoon zoân natte scheetervaring, dat is het. Mens ontmoet mens. Ene mens stelt een drankje voor, of een wandeling of wat dan ook. Doet die ene mens allemaal echt best wel keurig, of onhandig, want onhandig doen moet kunnen, als dat niet meer kan, kan niets meer, want alles begint altijd onhandig of bijna alles. De andere mens reageert niet. Die leest dus de uitnodiging en zegt niets, schrijft niets, doet niets. Dat is een natte scheetervaring eerste klas.
EĂ©n keer ben ik de afgelopen jaren boos geworden. Het was zomer en ik sprak een blonde vrouw bij een winkel daar in het bos en liet haar mijn foto’s zien van de vogels die ik tegenkwam in het bos. Hadden de vogels voor mij geposeerd? Ja, ja, ja, nou goed? Die vogels hadden heel netjes voor mij geposeerd. Ok?
Ik sprak haar één keer, twee keer, meerdere keren en toen vroeg ik of ze wat wilde drinken. Ik herinner me dat ik het wilde vragen en toen – ik vond dat heel verstandig – wachtte ik met de vraag om nog eens een andere keer goed met haar te kletsen. Ik dacht, de volgende keer als ik terug kom, dan stel ik de vraag. Je kunt ook te snel zijn. Ik ben vaak te snel. Waar anderen nietsvermoedend door het leven fladderen, ben ik de hele dag zenuwachtig of de liefde wel voor het donker thuis komt. Je ziet wel eens van die zoekacties met vrijwilligers in gele hesjes, door het bos struinen, laten we in godsnaam eens een paar dagen op zoek gaan naar de liefde op die manier, de liefde komt al jaren niet voor het donker thuis, komt helemaal niet thuis. Zie mij weer met mijn gele hese een cafĂ© in struikelen: ‘Ja, hallo, een cola en ik ben op zoek naar de liefde.’
Maar ik vroeg dus toen die vrouw alsnog of ze wat wilde drinken en ze zei: âJa, leuk, waar?â Dat was wat ze zei. Ze vroeg meteen âwaar?â wat ik opvallend en grappig vond.
Ik zei voor de zekerheid nog tegen de vrouw dat het wel een date was wat mij betreft en de vrouw knikte, een date, prima. Ik kreeg het nummer van de vrouw, ik ging verder met mijn wandeling, appte haar die middag nog met een voorstel en het bleef stil. Vier dagen later, een dagje strand en ik appte. âDit is toch wel gek, je zegt âJa, leuk wat drinkenâ en dan stel ik wat voor en reageer je niet. Je mobiel kan in de Prinsengracht gevallen zijn, uiteraard. Als je dit leest, laat je even van je horen?â
Ik hoorde niets en toen ik een twee weken later in het bos was ging ik even langs in de winkel. Met kloppend hart liep ik binnen. Daar stond ze, met een collega. Ik zei tegen de collega dat ik even wilde praten met, dus, haar collega. De collega was vlot van begrip en maakte zich uit de voeten.
âJa, ik wilde je even spreken.’
‘Oh, waarover?’ Ik zag de schrik in de ogen van de vrouw.
‘Ja, ik wil toch even wat zeggen, ik vind dit echt raar, joh, jij zegt wat te willen drinken en dan hoor ik gewoon helemaal niets.â
âJa, maar ik had gezegd dat ik heel druk ben, toch?â
âNee, nee, dit is onzin. Ik kan het prima hebben als je je toch bedenkt, ik weet hoe het werkt, je bedenkt je ineens, dat kan allemaal. Maar je gaat niet je nummer geven als je de komende drie maanden niet kan afspraken, dat is gewoon heel raar en je gaat al helemaal niet niet reageren op geen enkel bericht.â
Ik draaide me om en trillend van woede liep ik de winkel uit. âDit is gewoon een raar verhaal, mijn vrienden vinden dit ook een heel raar verhaal, dit moet je gewoon niet doen zo.â
Ik liep het pad op, de zon in, het bos in en ik mompelde een paar scheldwoorden.
Pas vijf minuten later toen ik wat bedaarde realiseerde ik me dat ik mijn vrienden erbij had gehaald, dat vond ik bij nader inzien wat mallig.
Een week lang zou ik me schuldig voelen, want ik heb altijd, nog altijd, ondanks mijn leeftijd en 49 jaar ervaring met het beroep âJohan Stevens zijnâ (het voelt als een roeping) de diepe wens dat ik een Jezus Christus ben: kalm, gebalanceerd en een heel diep gevoelde âyou owe me nothing.â Onafhankelijk.
Nu is de vraag van vandaag: waar zit hier de gekte? In het boos zijn of het me schuldig voelen over het boos zijn.
Wat vind jij lieve vrouw? En alsjeblieft, reageer je wel even?
[/convertkit_content]
No comment yet, add your voice below!