Een van de dingen die ik dit jaar als schrijver heb onderzocht, is het thema authenticiteit. Nu klinkt dat bijna plechtig en als een actieve daad. Dit is het niet. Het is niet dat ik na een verstandige vergadering, met mensen die bedachtzaam uit het raam keken, die bedachtzaam nog een slokje koffie namen, met een flipover, een dikke stift die twee keer op de grond viel, omdat dikke stiften dat nu eenmaal doen, een PowerPoint-presentatie, een kuchje om de stilte te doorbreken, Anja die binnenkwam om te zeggen dat er telefoon was voor Hans, besloten heb om authenticiteit als thema te kiezen. ‘Laten we authenticiteit in het licht van het single leven in een grote stad belichten.’ Driftig geknik. ‘Yes, we schrappen ‘gezond ontbijten’ als thema, ook interessant, maar we kiezen voor authenticiteit.’ Champagne, blokjes kaas, een haperende JBL-box, discoverlichting die Maurice nog ergens had liggen. Nee, zo ging het niet.
(Even tussendoor, wat een kuttijd is dit, hè? Godschristus, wat een kuttijd: december, donkere dagen. En dat Lisbon Calling dan echt keihard mislukt is en eigenlijk alles mislukt, godverdomme.)
Maar waar had ik het over? Oh, ja, authenticiteit. Het was niet heel bewust deze keuze, maar, jeetje, ja, het treft me altijd weer als ik zie hoe we allemaal aan het rommelen zijn en het steeds lijkt alsof je de énige bent. ‘We know our inside, and only the outside of the people around us, a much more edited version.’ (ik zit heel slordig te citeren, maar je snapt het punt.)
Godsamme, sorry, nog even tussendoor: het is verdomme nu 10 uur in de ochtend en nog niet licht! Hoe overleven we dit? Met de kans op nog maanden in donkerte te zitten. ‘We don’t know enough to be pessimistic!!’ ‘We don’t know enough to be pessimistic’, mijn mantra.
Ik bedoel, wat ik bedoel, ik bedoel dus dat we als mensen zo vaak het gevoel hebben dat we helemaal alleen door al die dikke drap van schaamte gaan, van teleurstelling, van afwijzingen die je echt niet aan zag komen, terwijl je eigenlijk de hele tijd afwijzing verwacht. En dan toch, godsamme, even niet opgelet. ‘Maar hoezo niet, we kunnen toch wel wat drinken?’ Je hoort het jezelf zeggen. ‘En daarna neuken enzo en samen douchen.’ Je hoort het jezelf denken.
Het is 11 uur en nog steeds donker. Just saying, baby. Fock, fockerdefock!!
Maar de behoefte om te troosten was oprecht en ik ging schrijven. En toen kwamen er reacties. ‘Mooi stukje, ik hoop dat je de liefde vindt.’ Ik keek naar mijn scherm, ik dacht, wat gebeurt hier nu? Ik dacht: huh?!! Dit was niet helemaal wat ik wilde als reactie. Omdat ik niet van betrokkenheid houd?
Nee, nee, betrokkenheid is echt iets voor mij. Ik ben verzot op betrokkenheid. Je kunt mij wakker maken voor betrokkenheid. ‘Yo pikkie, ik weet het, het is het holst van de nacht, maar hoe gaat het nu met je? Vertel gewoon even alles, gooi het eruit.’ HEERLIJK!
Maar de reactie op stukjes als ‘Wauw, wat leuk, ik hoop dat je nog met haar aan het daten bent.’ die klopten niet, zo voelde ik meteen. Ik ben niet aan het bloggen over mijn leven of zo, het is geen real-time verslag. Je kent die kutverhalen wel: ‘Hoi hoi lieve lezers, nou, gisteren dus die date met Annet en we hadden afgesproken in de Dode Eend! We gingen een hapje eten, ik nam de biefstuk en de frietjes waren heerlijk. De serveerster had een leuke bril, Annet zei dat hij van Michael Kors was, ik was er niet zo zeker van.’
Dat dus niet!!!! Wat een kutverhaal.
‘Zo, maandagmorgen. Gisteren op tijd naar bed gegaan, tien voor elf. Even nog wat gelezen, maar kon mijn aandacht er niet bij houden.’ Dat niet! Wat een kutverhaal. Het is wel leuk om dit soort kutverhalen te verzinnen zo, het moet gezegd.
Ik ontdekte eigenlijk, fascinerend, dat het idee om de ‘menselijke conditie’ te laten zien, met al het gênante gestuntel, de mislukkingen, zéker niet het beste verteld wordt door één op één te citeren uit mijn dagboek. ‘Hoi, hoi, net handje nootjes gegeten, nu even mijn schaamhaar bij werken!’ Dat niet!! Zeker als je ergens emotioneel in zit, is je blik op wat je echt wil vertellen soms troebel. Of nee, je blik op wat het échte verhaal is, die is vertroebeld.
Zo heb ik afgelopen zomer een verslag gedaan van zes jaar ondernemen. Maar in dat verslag heb ik een klein foutje gemaakt: ik deed alsof het allemaal heel uitzonderlijk was. Classic! ‘Wat mij nou overkomt!’
Daarbij heb ik de neiging om mislukkingen enorm uit te vergroten en even te vergeten dat me er ook dingen lukten. 135.000 lezers op mijn website, de afgelopen vijf jaar en 60 klanten voor de mooie Supercopy Powermorning! In een ochtend je website van duf naar duidelijk en van heul heul vaag naar heerlijk.
Ik vind het een fascinerend gegeven, authenticiteit, want wat ís authenticiteit eigenlijk? Delen ‘Jeetje, wat mij nu weer mislukt’ is eigenlijk het delen van een misverstand, een denkfout, ik betwijfel inmiddels of mij meer mislukt dan anderen.
Is delen dat je het de regen en donkerte kut vindt authentiek? Ja. Doet het ertoe? Weet ik niet per se. Maar het regent nog steeds.
Ik vroeg ChatGPT naar haar ideeën. ‘Het gaat over het verschil tussen emotionele waarheid en feitelijke waarheid.’ Vertelde Chat me. Als de emotionele waarheid klopt, een drift, een verlangen, een ergernis, een angst, en de beschreven situatie was niet in Kerkdriel, maar op Ameland en er was geen vrouw bij, maar die vrouw maakt de shit wel schrijnender, dan heb je toch een goed verhaal. En ‘de werkelijkheid bevat vaak elementen, details die het verhaal niet versterken, de wereld is chaotisch en lang niet altijd met een duidelijke climax.’
Ik ga een voorbeeld geven. JA!! Leuk. Een voorbeeld. Het regent nog steeds, maar jij krijgt een voorbeeld!!
Twee jaar geleden deed ik een oproep op mijn website: ik zoek nieuwe vrienden. Dat was heel authentiek. Maar wat er daarna gebeurde, heb ik in een wat onhandig verslag proberen te delen met onder andere jou. Werd een kutverhaal. Omdat… hoe dat echt ging, was gewoon niet zo boeiend.
‘iemand ontmoet waarmee niet echt klikte, maar ik wilde ook niet meteen afzeggen, in het museum was het wel leuk. Veel zwart-witfotografie. We hebben gepraat over Michael Jackson.’
Kutverhaal, snap je?
‘Ik had gisteren met ene Danique afgesproken. Die was exact twintig jaar jonger dan ik, maar ik vond haar er leuk uitzien en het ging om vrienden maken, maar je weet nooit hoe een koe een haas vangt, maar na tien minuten zei ze dat ze aan het scharrelen was. Toen wist ik niet meer wat ik moest zeggen. Ik haatte mezelf omdat ik deze 26-jarige uit Utrecht had laten overkomen.’
Al met al heb ik zo’n tien mensen ontmoet en er zat niemand tussen waarmee ik zo’n bijzondere klik had dat ik nu nog intense vriendschap heb.
Kutverhaal, geef toe.
Afgelopen periode was het Titus Tijd. Stomtoevallig heb ik met twee verschillende Titussen kennisgemaakt, drankjes gedronken. Titus Tiel Groenestege, acteur en regisseur, en Titus Muizelaar, tevens regisseur en acteur. Respectievelijk 65 en 75 jaar oud. Ik kwam ze bij toeval tegen, we spraken af. Oh, en het idiote is ook nog dat ze elkaar goed kennen.
Hoe dan ook. Titus zei, die ene Titus dus, die zei: ‘Je moet gewoon schrijven, gewoon wat jij wil schrijven, ik hoor je nu al een paar keer zeggen ‘ja, maar dit werkt niet’, daar moet je niet mee bezig zijn, je moet niet bezig zijn met het effect.’
Ook de andere Titus had een tip die daar op neer kwam. ‘Explodeer.’
Dit is het eerste stukje zonder duidelijk pointe, maar ik zeg je eerlijk, authentiek dat ik allang blij ben dat ik een stukje heb, want de somberheid stinkt hier, is kleverig, trekt mijn huid in en komt intussen tot mijn navel. En weet je wat mooi is: ik ben het ook gewoon aan het accepteren, zoals ik dat al jaren lees, dat je gevoelens moet accepteren, dat ik denk: ja, somber en nu pasta maken met brocolli. Heerlijk.
Dit is natuurlijk voor jou weer het startsein om diep in de nacht mij te bellen met betrokken vragen, maar ik kan veel hebben, zeker omdat het nu droog is. Al tien minuten.
ps. ik wil volgend jaar heel authentiek gaan schrijven over ‘gezond ontbijten.’ Wat vind je?
pps. het gerucht dat ik helemaal niet single ben, in Dresden woon op een kippenboerderij en dat mijn vrouw Sofía afgelopen jaar een vioolconcours heeft gewonnen in Marseille, dat ik problemen met mijn mild heb en Harko van Galen heet, ik mag daar van mijn advocaat niets over zeggen. Jezus, wat een kutverhaal weer.
No comment yet, add your voice below!